Merel is een vrouw die als twintiger in de psychiatrie belandde, verschillende diagnose en kreeg en meerdere keren werd opgenomen.

Toen ik een jaar of zestien was las ik “Meneer en mevrouw zijn gek” van Yvonne Keuls en “I never promised you a rosegarden” van Hannah Green. Het maakte een diepe indruk op me. Wat een andere wereld. Het stond heel ver van mij af, ik dacht daar niet zomaar in terecht te zullen komen.

 

Het spoor bijster

 

Maar als begin twintiger ging het helemaal niet goed met me, ik was compleet het spoor bijster. Ik had hulp nodig en kwam op een PAAZ tot stilstand. Hoewel je aan de buitenkant niets zag, ik geen gips of rolstoel had, voelde ik me gebroken. Ik dacht ook dat iedereen aan mij kon zien dat ik het zelf niet voor elkaar kon krijgen. Dat ik een enorm etiket op mijn hoofd had. Mijn ogen zagen flets van de medicatie. Mijn gevoelens waren faal en vlak. Psychische kwetsbaar en de weg kwijt. Het was voor mij dan ook geen vraag of ik nog eens iemand zou kunnen vinden om het leven mee te kunnen delen. Wie zou mij nog willen? Getekend was ik voor het leven. Ik zou alleen moeten gaan.

 

Nieuwe moed en terugval

 

Na een lange herstelperiode begon ik weer op te fleuren. Ik bleek zelf toch wel degelijk nog gevoelens voor anderen te kunnen hebben. Ik werd hopeloos verliefd op een vriend uit onze vriendengroep.

Mijn gevoelens werden steeds sterker en naarmate ik verliefder werd kon ik van opwinding steeds minder goed slapen. Ik fantaseerde steeds meer over hoe geweldig het zou zijn wanneer we meer dan vrienden zouden zijn. Ik gebruikte in die tijd geen medicijnen en begon steeds verder uit balans te raken.

Toen ik uiteindelijk zo hyper en zo tot over mijn oren verliefd werd dat ik nergens anders meer aan kon denken, vertelde ik deze vriend over mijn gevoelens. Hij had die gevoelens niet voor mij… Mijn teleurstelling was enorm. Ik kon het niet geloven.

Intussen speelden er ook nog andere dingen in mijn leven: er was onrust in mijn omgeving, ik had overlast van de buren. Ik voelde bewijsdrang op mijn werk. Dit, gecombineerd met slapeloze nachten, mondde uit in een nieuwe crisis. Toen was het voor mij helemaal helder. Hoe had ik ooit kunnen denken dat ik nog een relatie met iemand zou kunnen krijgen? Bovendien leek nog eens verliefd worden fataal te kunnen zijn, het werkte immers een manie in de hand.

 

Nog steeds gevoelens en mogelijkheden

 

Jaren later had ik mijn leven weer redelijk op de rit. Ik werkte weer en had ook wat sociale contacten. Ik was stabiel en dacht: zo ziet mijn leven er nu uit. Op een gegeven moment vroeg mijn psycholoog aan mij of ik graag een partner zou willen leren kennen. Mijn antwoord was: “Heel graag, maar die weg is afgesloten door mijn kwetsbaarheid.” We spraken er over door en de psycholoog leerde me kijken naar wie ik nu was. Zelf zag ik iemand die ziek was geweest en daarom beperkt was in haar contacten. Maar in de gesprekken werd duidelijk dat ik nog steeds een mens was met gevoelens en mogelijkheden.

 

De stoute schoenen aan

 

Ik kreeg het advies eens op internet te kijken naar een datingsite. Eerst vond ik dat idee belachelijk. Werkelijk, dat zou ik toch nooit doen?! Enige tijd later trok ik de stoute schoenen toch aan en nam een proefabonnement op een datingsite. Ik keek eerst alleen rond op de site, verder niet. Nog weer later mailde ik af en toe met een man. En na een hele tijd maakte ik zelfs een paar keer een afspraakje om samen met iemand iets te doen. Op een gegeven moment leerde ik een man kennen die per mail steeds heel attent en belangstellend, aardig en grappig was. Ik besloot al snel volledige openheid te geven over mijn psychische kwetsbaarheid. Hij schrok er niet van terug, we maakten een afspraak en hij kwam en zag en overwon! We leerden elkaar steeds beter kennen en er bloeide iets moois op. Inmiddels zijn we zelfs meer dan tien jaar getrouwd.

 

Mijn kantelmoment

 

Nu is het niet mijn bedoeling om hier een romantisch succesvol verhaal over internetdating te vertellen. Maar ik wil aandacht vragen voor de interventie van de psycholoog. Juist door het bespreekbaar maken van gewone verlangens en gevoelens en vervolgens te kijken naar mijn zelfbeeld, kwam er ruimte voor het actief zoeken naar nieuwe contacten. Ik vond het geweldig dat ik door deze gesprekken de moed vond om weer open te staan voor anderen. Voor mij was het heel helpend en aanmoedigend om in het gewone leven mee te doen. Je kunt psychische problemen hebben gehad of nog met gevolgen te kampen hebben, maar daarmee ben je niet afgeschreven als mens. Gelukkig zijn er veel mensen die door de gebrokenheid heen je in het hart willen kijken.